Inclusie van mensen met een beperking is voor Paul Polman een persoonlijk en belangrijk onderwerp. Dat laat hij onder andere zien met zijn voorzitterschap van de Valuable 500. Dat is een beweging van de 500 grootste ondernemingen wereldwijd, met als doel inclusie op de agenda van de directies te krijgen en concrete acties te stimuleren.
Ter gelegenheid van de Maand van de 1000 Voorbeelden 2024 vroegen we hem te reflecteren op het thema ‘Banenafspraak, de eindsprint’ en de inclusieve arbeidsmarkt. Hij reageerde met een Call to Action voor alle bedrijven en organisaties in Nederland, ‘want de banenafspraak is een gedeelde verantwoordelijkheid’.
Bekijk de videoboodschap van Paul Polman, of lees de vertaling onderaan deze pagina, met een glasheldere uiteenzetting van de menselijke en zakelijke voordelen van een inclusieve arbeidsmarkt.
Naast voorzitter van The Valuable 500 is voormalig Unilever CEO Paul Polman tevens auteur van Netto Positief, het boek waarin hij de stelling verdedigt dat meer geven dan nemen, ook voor bedrijven, uiteindelijk het meeste oplevert.
Hij werkt op dit moment naar eigen zeggen ‘samen met bedrijven en organisaties om ervoor te zorgen dat bedrijven bijdragen aan een oplossing voor de problemen van de wereld, in tegenstelling tot bijdragen aan het creëren ervan.’ Deze werkzaamheden worden geïnspireerd door de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. Aan het creëren daarvan heeft Polman meegewerkt.
Deze doelen omvatten ook de inclusie van mensen met een beperking, bijvoorbeeld bij doel nummer vier, over opleiding, doel acht over inclusieve groei, nummer tien over het laten afnemen van ongelijkheid of doel nummer elf over inclusieve en veilig steden. En zeker ook doel nummer zeventien over partnerschappen.
Al meer dan vijftien jaar geleden zette Polman in Afrika de Kilimanjaro Band Trust op om jonge mensen met een visuele beperking te helpen bij het verkrijgen van een opleiding en daarmee uiteindelijk hun baankansen te vergroten.
1,3 miljard mensen hebben een beperking. Dat is 15% van de wereldbevolking, met meer dan 8 biljoen dollar aan koopkracht en toch is het nog steeds een van de meest ondervertegenwoordigde groepen. Dus dank aan VNO-NCW en MKB-Nederland voor de campagne Op naar de 125.000 banen, gericht op inclusie op de Nederlandse arbeidsmarkt. Ik ben onder de indruk van de prestaties die tot nu toe zijn behaald, met meer dan 80.000 gerealiseerde banen. Daarmee zijn we op weg naar het doel van 125.000 banen voor 2026.
Moreel gezien is het duidelijk waarom we in actie zouden moeten komen: het is eenvoudigweg niet acceptabel om mensen uit te sluiten. Maar de business case is net zo duidelijk. Met het omarmen van inclusie heeft het bedrijfsleven een enorme gelegenheid om blijvende impact te maken op het leven van individuen, op de bedrijven zelf en ook op de maatschappij als geheel.
Let op: het negeren van de bestedingskracht van mensen met een beperking, is vergelijkbaar met het negeren van een potentiële markt ter grootte van de Verenigde Staten, Brazilië, Pakistan en Indonesië.
Dat raakt iedere bedrijfstak. Neem bijvoorbeeld Hollywood. Dat verliest jaarlijks 125 miljard dollar aan inkomsten door een gebrek aan authentieke representatie door mensen met een beperking.
Het aantrekken van medewerkers met een beperking biedt verschillende voordelen. Inclusie stimuleert innovatie, productiviteit en ook veerkracht. Inclusieve bedrijven presteren vaak beter dan hun concurrenten. Ze behalen hogere winstmarges, een hoger nettoresultaat en hogere omzet. Daarmee, niet verrassend, is bij deze bedrijven de kans vier keer zo groot op een hoger aandeelhoudersrendement.
En op de arbeidsmarkt van vandaag, die gekenmerkt wordt door krapte, is het zelfs nog urgenter voor bedrijven om inclusie te omarmen. Door de talenten van mensen met een beperking aan te spreken, kunnen we de krapte aanpakken en diversiteit en creativiteit in de eigen organisatie te versterken. Als het bedrijfsleven in beweging komt, dan volgen anderen.
Mijn call to action is daarom eenvoudig: omarm de eindsprint! De deadline voor de banenafspraak komt snel dichterbij. Dit is een doel van ons allemaal en daarom ook een gedeelde verantwoordelijkheid. Dit is het moment om die verantwoordelijkheid te nemen, te innoveren en voor te zorgen dat iedereen de kans krijgt om mee te doen.
Dat is waar we op dit moment behoefte aan hebben: acties met het vermogen om echt een verschil te maken. Ik verheug me erop het behalen van de banenafspraak-doelen over niet al te lange tijd samen te kunnen vieren.