In het Sociaal Akkoord van 2013 hadden de sociale partners en het kabinet afgesproken dat er 125.000 nieuwe banen gecreeerd zouden worden voor mensen met een arbeidsbeperking. Het was de tijd van Rutte II, het voor de PvdA desastreuze VVD/PvdA-kabinet. Ik werkte toen al voor de Wiardi Beckman Stichting, het wetenschappelijk bureau van de PvdA, en we hadden al vrij snel door dat het aantal daadwerkelijk gecreëerde banen achterbleef bij wat in die afspraken stond.
Het lijkt veel meer dan elf jaar geleden, 2013. Moeilijk voor te stellen nu maar door de economische crisis was er flinke werkloosheid. En dat raakte mensen met een arbeidsbeperking extra hard (dat is trouwens nog wel goed voor te stellen). Huizen stonden ‘onder water’ en heel wat gezinnen kwamen na werkloosheid in grote schulden terecht.
De toegang tot de Wajong werd flink strenger en het mes ging in de sociale werkvoorziening. Die 125.000 extra banen moesten al dat leed een beetje goed maken. We stoppen mensen niet langer in grote hallen aan de rand van de stad weg, was het verhaal, maar we zouden zij-aan-zij met hen onze werkdagen en lunchpauzes slijten.
Wat ik vooral nog weet uit die tijd: het was allemaal veel te ingewikkeld geregeld. Wie als ‘arbeidsbeperkt’ gold, het niet matchen van lijsten en definities van UWV en gemeenten, de onduidelijke regelingen voor werkgevers die ondersteuning nodig hadden, de onzekerheid of slimme (sociale) ondernemers een zegen of juist een vloek waren voor de mensen die golden als arbeidsbeperkt. Het was om redelijk moedeloos van te worden.
Deadline voor het realiseren van al die extra banen: januari 2026. Nog iets meer dan een jaar te gaan dus. Ik betwijfel of de doelstelling gehaald wordt. Maar om eerlijk te zijn interesseert me dat maar matig.
Wat me toen – en nu nog steeds – met schaamte vervult is dat een kabinet waar mijn partij aan deelnam eerst de bestaanszekerheid van een kwetsbare groep verzwakte, nota bene in een tijd van economische malaise, om pas in 2026 al die extra banen gerealiseerd te zullen hebben. Maar wat me nu pas het schaamrood op de kaken geeft is hoe ver we mee zijn gegaan in van mensen met een arbeidsbeperking een aparte groep te maken. Door het onbestaanbare geloof in onze bureaucratie dat er toen was, dat we met al die regelingetjes al die mensen in al die hokjes en met al die labeltje konden aansturen en compenseren. Ik kan er met mijn hoofd niet meer bij.
Vorige week sprak ik met een autistische moeder van twee autistische kinderen die na jaren schulden (want huis met restschuld moeten verkopen) en werkloosheid nu eindelijk na twaalf jaar weer werk heeft gevonden waarin ze zich nuttig voelt. Ze maakt schoon bij zelfstandig wonende mensen met autisme die volledig vastlopen in het zorgsysteem.
Zij begrijpt ze als ze zenuwachtig met messen zwaaien, als de puinhopen in huis zich opstapelen, als andere hulpverleners zich van hen afkeren omdat ze het eng vinden. Als iedereen deze mensen heeft opgegeven, komt zij binnen en schept orde en rust. En geeft hoop. Ze straalt als ze vertelt hoe ze de gave heeft deze mensen te helpen, juist door alle ervaring en ellende uit haar eigen verleden. Heeft haar leven na al die mislukkingen toch nog nut.
Maar die ondersteuning bieden, dat lukt haar ‘maar’ bij twee gezinnen per week. Anders loopt haar eigen leven uit de rails. En zo zit ons systeem niet elkaar. Dus moet ze ook het huis gaan schoonmaken bij ‘gewone’ oudere dames, die haar niet begrijpen, en zij hen niet. Want anders is ze niet productief genoeg.
Natuurlijk is het mooi als die 125.000 banen voor mensen met een arbeidsbeperking er nu echt komen. En nog mooier is als dat dit werk is dat voldoening geeft en fatsoenlijk betaald wordt. En dat al die banen niet als sneeuw voor de zon verdwijnen bij de volgende economische recessie. Maar nog veel liever heb ik dat we mensen niet meer zo in hokjes duwen waar geen mens echt comfortabel in past. Als iemand ‘maar’ acht uur per week kan werken, kunnen we er dan niet gewoon op vertrouwen dat dat genoeg is? Misschien zorgt die acht uur er wel voor dat in een ander gezin de kinderen niet uit huis geplaatst hoeven te worden en wordt een suïcide van een eenzame jongere voorkomen. De waarde van het werk dat we doen, door de mens die we zijn, is nu eenmaal niet in cijfers en regelingen te vangen.
*Annemarieke Nierop is hoofdredacteur van S&D & onderzoeker bij de Wiardi Beckman Stichting