Ons land is beperkt”. Dat was de titel van de initiatiefnota die ik een jaar geleden in de Tweede Kamer presenteerde met daarin meer dan 80 voorstellen om Nederland toegankelijker te maken. Omdat het kabinetsbeleid te kort schiet op het gebied van inclusie, besloten mijn beleidsmedewerker en ik zelf maar aan de slag te gaan. We gingen op bezoek bij scholen, organisaties en bedrijven om met mensen te praten over knelpunten. En we organiseerden een aantal online gesprekken met mensen. Kernvraag: Waar lopen ze tegenaan in hun zoektocht naar toegankelijkheid?
Wat we allang wisten bleek ook hier weer: het ligt niet aan mensen zelf dat ze geen passende studie of werk kunnen vinden. Het ligt aan de manier waarop onze samenleving is ingericht. Niet alleen de regels werken belemmerend, ook de praktijk ligt vol met drempels. Daardoor lukt het mensen onvoldoende om volwaardig mee te doen met de samenleving.
Ik sprak met een jonge leerling, die iedere dag een eind in een taxibusje moest, omdat de school in de buurt geen passende onderwijsplek kon bieden. Zou ze ook naar een andere school moeten als ze had kunnen lopen? Met een student, die zichzelf prima kon redden, maar telkens werd afgewezen voor stageplekken. Omdat hij blind is? Met een werkzoekende die al talloze sollicitatiegesprekken had gevoerd, maar telkens werd afgewezen na het eerste gesprek. Vanwege zijn spraakgebrek?
Het zijn voorbeelden die niet op zichzelf staan. Want iedereen zou vinden dat de samenleving zo toegankelijk mogelijk moet zijn. Maar te vaak worden woorden geen praktijk, omdat dit betekent dat we er ook allemaal zelf iets voor moeten doen: werknemers, werkgevers en zeker ook de overheid.
Ik ben ervan overtuigd dat het ons nog meer oplevert als we ons hier voor inspannen. Laten we zorgen dat kinderen elkaar tegenkomen en met elkaar opgroeien en spelen. En op die manier leren van elkaars verschillen. Diverse teams zorgen voor betere resultaten, het omgaan met elkaar voor meer begrip.
Daarom ben ik helemaal voor de Banenafspraak, want alleen door gezamenlijke inzet zorgen we dat mensen met een arbeidshandicap ook aan de slag kunnen. Maar er zijn nog meer voordelen; want iedereen wil zich inzetten en niemand wil aan de kant staan. De werkvloer is een belangrijke plek om elkaar tegen te komen, je nuttig te maken en hierdoor eenzaamheid tegen te gaan.
Win-win dus. Maar nog veel stappen te zetten. Want ons land is beperkt. Alleen door gezamenlijke afspraken ook te vertalen naar concrete inzet, zorgen we dat iedereen kan meedoen!
*Lisa Westerveld is Kamerlid voor GroenLinks en staat vijfde op de combinatielijst GL-PvdA
‘Kies de Banenafspraak’ is het motto van de Maand van de 1000 Voorbeelden. Met dit motto als leidraad vroegen we toonaangevende partijen die meedoen aan de verkiezingen om in een column uiteen te zetten hoe zij de toekomst van de Banenafspraak – en daarmee ook van de inclusieve arbeidsmarkt zien.