D66-kamerlid Hülya Kat heeft aan de staatssecretarissen van SZW en Financiën gevraagd of het aanvragen van loonkostenvoordelen door werkgevers voldoende duidelijk is. Volgens staatssecretaris Dennis Wiersma (SZW) hoeft daarover geen twijfel te bestaan.

D66 Kamerlid Hülya Kat (foto: Tweede Kamer)
Hülya Kat vraagt of voor het gebruik maken van een loonkostenvoordeel, naast het hebben van een doelgroepverklaring, de werkgever een bepaalde code moet opnemen in de loonadministratie. Dat klopt. In de aangifte loonheffingen zijn ‘indicaties loonkostenvoordeel’ opgenomen. Daarmee verzoekt de werkgever in aanmerking te komen voor een loonkostenvoordeel in verband met het in dienst nemen van bijvoorbeeld een werknemer met een arbeidsbeperking.
Als de werkgever het vinkje aanzet, is daarmee de aanvraag voor het loonkostenvoordeel voor de betreffende werknemer gedaan. Is de indicatie niet aangevinkt, dan wordt geen loonkostenvoordeel toegekend.
Laagdrempelig en eenvoudig
Staatssecretaris Wiersma noemt het aanvragen van het loonkostenvoordeel via de indicatie in de aangifte loonheffingen ‘laagdrempelig en eenvoudig in de toepassing’. Een werkgever moet voor zijn werknemer(s) toch al elke maand of elke vier weken bij de Belastingdienst een aangifte loonheffingen doen.
Mocht een werkgever vergeten zijn een ‘vinkje’ in een aangifte loonheffingen te zetten, dan kan hij dit alsnog rechtzetten. Dat kan tot 14 maanden terug. Verder is in de wet geregeld dat het UWV aan de werkgever een overzicht verstrekt van de werknemers voor wie de werkgever een aanvraag om een loonkostenvoordeel heeft gedaan. Daarbij zit ook de voorgenomen beoordeling van het recht en de berekening van de hoogte van het loonkostenvoordeel. Zo kan de werkgever een finale check doen of de gegevens goed uit de aangifte loonheffingen zijn verwerkt.
Had het kamerlid aanwijzingen dat het niet goed gaat? De aanleiding voor haar vragen blijkt een heel andere: ‘Als de Belastingdienst 5 jaar de tijd heeft om een vergissing te herstellen, waarom dan de werkgever bij loonkostenvoordeel niet?’