Aart van der Gaag bundelde 50 jaar ervaring op de arbeidsmarkt in zijn boek: ‘Zonder werk vaart niemand wel?’ In dit boek bespreekt hij wat er nodig is voor een beter arbeidsmarktbeleid en specifiek een beleid gericht op mensen, die wat ondersteuning nodig hebben om een plek te vinden.

In ‘Zonder werk vaart niemand wel?’ doet Van der Gaag veel aanbevelingen voor een beter functionerende arbeidsmarkt. “Al schrijvende begreep ik pas precies wat ik wilde zeggen en ook aan wie ik mijn boodschap wil richten.”

Dit boek is volgens Van der Gaag bedoeld voor de mensen die de sleutels van de arbeidsmarkt in handen hebben (politiek, de landelijke en gemeentelijke overheid en polder) en willen weten wat er nu nodig is om projecten op de arbeidsmarkt te laten slagen. “Het moet wel een beetje een steen in de vijver zijn, natuurlijk. Anders is het niet leuk”, vindt Van der Gaag. “Kijk, veel groepen op de arbeidsmarkt redden zichzelf wel. Maar er zijn ook groepen, die wat meer nodig hebben. Het is toch zonde als we daar niets mee doen? En in elk geval de banenafspraak laat zien wat er kan.”

Daar is de banenafspraak. De afgelopen tien jaar was Van der Gaag boegbeeld namens de werkgevers (en ook enkele jaren inspirator voor de overheid) voor de afspraak om te komen tot in totaal 125.000 nieuwe banen voor mensen met een arbeidsbeperking.

Beleid
“Beleid maakt geen banen, maar slecht beleid voorkomt wel dat mensen aan het werk komen”, stelt Van der Gaag. “Daarom is het belangrijk om te beginnen bij de basis en dat is beleid dat goed uitvoerbaar is en daar helpt waar het moet helpen. Het beleid dat is voorgenomen, wil je vervolgens toetsen in de praktijk om te kijken of het ook echt werkt.”

Kijken we naar de arbeidsmarkt dan betekent dit volgens Van der Gaag dat je een brede doelgroep definieert, om onderlinge concurrentie te voorkomen. Ook is belangrijk dat de regels zo eenvoudig zijn dat werkgevers, werkzoekenden en de uitvoerders bij gemeenten en UWV er gemakkelijk mee uit de voeten kunnen. Want die uitvoerders hebben een hoop voor hun kiezen gekregen de afgelopen jaren, terwijl zij het eigenlijk ook maar met slecht beleid moesten doen.”

Banenafspraak
Van der Gaag noemt het slecht beleid, en toch zijn er binnen de banenafspraak 90.000 mensen aan het werk gekomen. Iets dat hij zonder aarzeling als een groot succes ziet. “Ja, het is eerder ondanks dan dankzij het beleid geslaagd. En ik weet dat er altijd kritiek op is geweest, dat de banenafspraak een druppel op een gloeiende plaat is genoemd. Maar dankzij deze afspraak zijn de groepen die het verst van de arbeidsmarkt stonden aan bod gekomen.”

Maar ook de arbeidsmarkt zelf is volgens Van der Gaag veranderd door de banenafspraak. “Ik heb een enthousiasme gezien, dat is ongelofelijk. Bij wethouders, bij uitvoerders, bij werkgevers: er is echt een beweging ontstaan. Die hebben we binnen het project proberen te stimuleren. En die ervaringen bieden ruimte voor een veel bredere doelgroep om inclusie op de arbeidsmarkt nog verder te brengen.”

Aanbevelingen
In zijn boek bespreekt Van der Gaag wat er zijns inziens nodig is om de arbeidsmarkt inclusiever te maken en meer mensen naar werk te begeleiden. “De banenafspraak is natuurlijk een langlopend project. Onderzoek vanuit de overheid zelf laat zien dat de meesten die nu nog in het doelgroepregister staan niet klaar zijn om te gaan werken. Met een bredere doelgroep, zou je ook weer nieuw elan naar dit onderwerp kunnen brengen.”

Tot Van der Gaag drie misschien wel belangrijkste aanbevelingen om nieuwe schwung naar de inclusieve arbeidsmarkt te krijgen, behoren:

  1. Investeren in mensen levert op:
    “Alle onderzoeken, meest recentelijk nog van Berenschot in opdracht van Divosa en Cedris, laten zien dat de maatschappelijke baten gigantisch zijn als je mensen aan het werk helpt, voor iedereen. Ook financieel levert het de staat onder de streep op om te investeren in bijvoorbeeld loonkostensubsidie. De huidige financieringsregels laten dat echter niet toe. Daarmee doen we onszelf te kort en dat is dom.”
  2. Beleidsmakers zouden geen procesmanagers moeten zijn, maar moeten weten waar ze het over hebben:
    “Dan kom ik in essentie terug op het belang van goed en werkbaar beleid. Je ziet nu dat de institutionele kennis ontbreekt. Dat komt mede door de verplichting van ambtenaren om na een aantal jaar van onderwerp te veranderen. Maar het is toch niet verboden om te leren van het verleden? Wij zeggen steeds tegen werkgevers dat ze van elkaar moeten leren en niet steeds opnieuw het wiel uit moeten vinden. Dat geldt ook op beleidsniveau.”
  3. Werken moet lonen:
    “Bij goed beleid hoort ook dat de mensen die gaan werken, er ook echt een flinke stap op vooruitgaan. Bij de banenafspraak hebben we zo vaak gezien dat de stap naar werk voor mensen uit de doelgroep verbonden is aan risico’s en financiële onzekerheid. Dat kan je mensen niet aandoen en dat is ook helemaal niet nodig.”

Deze en vele andere aanbevelingen besprak Van der Gaag bespreken tijdens het symposium waarop zijn boek werd gepresenteerd, onder andere in het bijzijn van Focco Vijselaar (algemeen directeur VNO-NCW), Jetta Klijnsma (voormalig staatssecretaris SZW en huidige Commissaris van de Koning in Drenthe) en Martine Schuijer (Stichting Nederland Onderneemt Maatschappelijk!). “Een bijeenkomst van anderhalf uur of zelfs een boek zal niet in een keer alles veranderen. Maar het zou ontzettend fijn zijn als we beter beseffen dat er veel kansen zijn om iedereen mee te laten doen. Dat is goed voor de mensen die het betreft. Het is ook goed voor het land, want we zullen de komende jaren iedereen hard nodig hebben.”

Het boek ‘Zonder werk vaart niemand wel?’ is hier te bestellen via de uitgever, een sociale onderneming.