Minister Karien van Gennip van SZW en haar collega Carola Schouten voor Participatie zijn blij met wat de jongste monitor over de arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking laat zien.
Op verzoek van het ministerie bracht UWV voor het tiende jaar op rij monitorgegevens uit. Daardoor komen ontwikkelingen in de arbeidsparticipatie van mensen met een beperking steeds scherper in beeld. De bewindslieden vinden het van groot belang dat zij naar vermogen kunnen participeren op de arbeidsmarkt.

Tot 2019 steeg hun arbeidsparticipatie voortdurend. Vanaf maart 2020 had de coronacrisis een neerwaarts effect. Maar voor bijna alle groepen mensen met een arbeidsbeperking trad al in de eerste helft van 2021 herstel op. Voor de groep in de Banenafspraak die onder de Participatiewet valt, steeg de arbeidsparticipatie in de eerste helft van 2021 zelfs tot een niveau boven dat van voor de coronacrisis.

Verschillen

Tegelijk met de Monitor over 2021 kwam een onderzoek uit met een verdiepingsslag op de evaluatie van de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten. Dat laat in de eerste plaats zien dat er aanzienlijke verschillen zijn in achtergrondkenmerken van de subgroepen. Zo zijn de mensen in de subgroep van het voortgezet speciaal onderwijs (vso) en praktijkonderwijs (pro) gemiddeld 21 jaar oud, terwijl de mensen in de subgroepen WSW en Wiw/ID gemiddeld respectievelijk 52 en 58 jaar oud zijn. Daarnaast zijn mensen in de subgroep vso/pro en de Praktijkroute bijvoorbeeld meer uren per week beschikbaar om te werken dan de andere groepen en willen ze daar ook verder voor reizen.

Overeenkomsten

De subdoelgroepen verschillen weinig van elkaar voor wat betreft hun beperkingen. Driekwart van de mensen heeft volgens de registraties begeleiding nodig en 67 procent heeft een beperking in werktempo. Met 54 procent is meer dan de helft van alle mensen in het doelgroepregister snel bemiddelbaar naar werk of heeft al werk.

In het onderzoek zijn geen signalen gevonden dat de wettelijke kaders knellen. De bewindslieden vinden dat heel positief. Wel zijn er nog grote verschillen in werkwijze tussen gemeenten. De voorstellen die in de Kamer voorliggen om een Breed Offensief uit te voeren, sluiten volgens hen aan bij de resultaten van het onderzoek. De Kamer moet hier nog steeds over debatteren.

Tekst: Klaas Salverda

Lees hier de hele brief>>