Politiek kan een eenzaam en vermoeiend vak zijn. Dat geldt zeker voor politici die hun ambt zien als een missie. En dat mag gezegd worden over Katrin Langensiepen. Langensiepen, Europarlementariër namens de Duitse Groenen, vecht voor een inclusieve arbeidsmarkt in haar thuisland en in Europa. Over Nederland spreekt ze lovende woorden: ‘De Banenafspraak is een inspirerend voorbeeld.’

Langensiepen is de enige vrouw met een beperking in het Europese parlement. Ze schreef in het najaar een bericht voor het Europees Parlement over de positie van mensen met een beperking op de arbeidsmarkt. Ook startte ze een initiatief om het Duitse stelsel van ‘Behindertenwerkstätten’ te veranderen.

Binnen dit stelsel van werkplaatsen, in de verte verwant aan de Nederlandse SW-bedrijven, hebben mensen met een beperking geen officiële status als werknemer. Ook krijgen ze minder betaald dan het minimumloon. Voorstanders van het stelsel wijzen er op dat de medewerkers gegarandeerd zijn van een goed pensioen, goed begeleid worden en via maatwerk de stap naar de reguliere arbeidsmarkt zouden kunnen maken.

De praktijk
“In de praktijk gebeurt dit bijna nooit,” zegt Langensiepen. “Een hele grote groep mensen, we praten over 320.000 Duitsers, zit gevangen in dit rigide systeem. Ze hebben weinig rechten en inkomsten. Alleen de zekerheid van een pensioen. Maar dat is toch geen reden om te accepteren dat mensen niet uitgedaagd worden, niet de kans krijgen om iets van hun leven te maken?”

Want dat is volgens de Europarlementariër de crux: het recht van een ieder zichzelf te ontplooien op de arbeidsmarkt. “Dat staat ook opgenomen in het VN-verdrag. Duitsland houdt zich daar gewoon niet aan. Daar probeer ik iets aan te doen. Mijn voorstellen zijn erop gericht om het systeem gefaseerd te veranderen. In elk geval vind ik dat mensen met een beperking gewoon recht hebben op een status als werknemer en het minimumloon.”

Gescheiden werelden
Haar strijd wordt Langensiepen naar eigen zeggen niet in dank afgenomen. Ze kreeg veel kritiek en weinig bijval. “Binnen de community van mensen met een beperking worden de nadelen van het systeem wel erkend, maar wordt het pensioen en de bijbehorende zekerheid gewaardeerd. Wij praten in die zin niet met één mond. De ‘Werkstätten’ zelf zien ook liever geen verandering en weten zich gesteund door het systeem waar ze onderdeel van zijn, bijvoorbeeld de bedrijven die werk aan hen uitbesteden.”

Ook maatschappelijk staat het onderwerp niet hoog op de agenda. Langensiepen noemt dat de kern van de zaak. “Het gaat uiteindelijk om menselijk contact. Dat komt maar hoogst zelden tot stand. De werelden van mensen met en mensen zonder beperking zijn bijna volledig gescheiden, van scholing tot werk. Mensen met een beperking zijn vaak onzichtbaar. Dat leidt tot onbekendheid, angst en een cultuur waarin mensen met een beperking beschermd zouden moeten worden. Maar voor wie moeten wij beschermd worden dan?”

Banenafspraak
Op dit punt kijkt Langensiepen, die drie jaar in Nederland woonde, met bewondering naar ons land. “Ik vind de Banenafspraak echt een inspirerend voorbeeld. Het heeft tot concrete resultaten geleid en ook tot een nieuwe discussie over de manier waarop de maatschappij om wil gaan met mensen met een beperking. Ik weet wel dat de Banenafspraak voortkwam uit een bezuiniging op de SW-bedrijven, maar het resultaat – en dat probeer ik te beoordelen – vind ik zeer positief. Namelijk dat mensen met en zonder beperking zij-aan-zij leven.”

Zelf heeft Langensiepen dat wel altijd kunnen doen. Ondersteund door haar ouders volgde ze het reguliere onderwijs en vond werk op wat in het Duits ‘de eerste arbeidsmarkt’ heet. “Ondersteuning door je omgeving is zo belangrijk. Ik had het geluk dat mijn ouders achter me stonden en me vertrouwden. Dat is helaas geen vanzelfsprekendheid in een maatschappij waar mensen als ik normaal gesproken worden weggestopt achter de muren van een Werkstatt.”

Lichtpuntjes
In Nederland en enkele andere landen, in Spanje is bijvoorbeeld een begin gemaakt met de sociale economie, ziet Langensiepen voorbeelden voor Europese lidstaten. “Er is nog veel nodig om de arbeidsmarkt inclusiever te maken. Maar we weten wat de geschikte middelen zijn: praat met mensen en niet over ze. Ga actief op zoek naar mensen met een beperking om vacatures te vervullen, maak ondersteuningsmiddelen als jobcoaching gemakkelijk toegankelijk en zet quota in om echt concreet iets te veranderen.”

Ze twijfelt of ze dat in Duitsland de komende jaren nog mee zal maken, maar lijkt vastbesloten door te gaan met haar pogingen het bestaande systeem te veranderen. “Ik zie altijd wel lichtpuntjes,” stelt ze. “Bijvoorbeeld de manier waarop de discussie over inclusie de afgelopen jaren is veranderd, onder andere in mijn eigen partij. Of als ik kijk naar de komst van social enterprises. En sowieso: als ik door mijn strijd mensen kan inspireren om zich op hun eigen manier en naar hun eigen wensen te ontwikkelen, dan doe ik het al niet voor niks.”