Om te zorgen dat er bij het Rijk alsnog meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk komen, gaat de sector Rijk een ‘centrale financieringsconstructie’ naar voren halen en meer inzet plegen op Social Return.
Dat antwoordt minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Hanke Bruins Slot, op verzoeken uit de Kamer om voor afgelopen zomer met plannen te komen. Plannen die ervoor moeten zorgen dat de rijksoverheid zich aan haar eigen doelstelling houdt om voldoende banen voor mensen met een arbeidsbeperking te realiseren.

Voorbeeldfunctie
De sector Rijk vindt zelf dat zij een voorbeeldfunctie heeft om te zorgen voor de afgesproken extra banen voor mensen uit de doelgroep Banenafspraak. Er is al veel ervaring opgedaan. In principe worden kandidaten zoveel mogelijk geplaatst op reguliere vacatures. Waar nodig worden die aangepast aan de mogelijkheden van de kandidaat. Een andere manier is eerst te kijken naar de talenten van een kandidaat en op basis daarvan een werkpakket samen te stellen. Beide methoden zijn succesvol gebleken.

Ministeries hebben genoeg werkpakketten, maar ze kunnen hiervoor ‘geen tot nauwelijks kandidaten’ meer vinden uit de doelgroep Banenafspraak.

Quotumdoel
Afgelopen jaren zijn binnen de sector Rijk weliswaar ieder jaar meer banen tot stand gekomen, maar is tegelijkertijd een achterstand opgebouwd in het totale aantal banen. In 2021 realiseerde de sector Rijk 3.203 banen, dat is 69% van het quotumdoel van 4.674 banen. In 2020 werd 65% van het doel van 4.072 banen gerealiseerd en in 2019 59% van het doel van 3.531 banen. Ondanks alle inspanningen binnen de sector Rijk en de stijgende lijn, blijft de realisatie dus achter op de afgesproken aantallen. Tussen ministeries zijn er behoorlijke verschillen.

Wel werk maar geen kandidaten
Coördinerend bewindspersoon Bruins Slot noemt het ‘begrijpelijk’ dat de Kamer zorgen heeft over de realisatieaantallen. Een van de oorzaken is volgens haar dat de (rijks)overheid sterk kennis gedreven is. De werkzaamheden binnen de sector vereisen veelal een opleiding vanaf mbo niveau 4. Ministeries hebben genoeg werkpakketten, maar ze kunnen hiervoor ‘geen tot nauwelijks’ kandidaten meer vinden uit deze doelgroep.

Centrale aanpak
Aanvullend op wat er allemaal al loopt, komt nu de inrichting van een centrale financieringsconstructie eerder in beeld en gaat het Rijk meer werk maken van het instrument Social Return. Door het eerste kunnen onderdelen van ministeries die minder mogelijkheden hebben om in de eigen organisatie banen te realiseren, zo ook bijdragen aan de centrale opgave. Via Binnenwerk kunnen er dit jaar en in 2023 nog 900 banen bijkomen. Dan moeten ministeries zelf nog zorgen voor bij elkaar ongeveer 1.045 banen.

Inkoopkracht benutten
Met Social Return wordt de inkoopkracht van de overheid benut. Per jaar koopt het Rijk voor ongeveer 13.5 miljard euro in bij externe leveranciers. Dat gaat vooral om leveringen, diensten en werken. Vanaf 2011 is het standaard beleid dat social return als verplichting wordt meegenomen in contracten boven de 250.000 euro. In de regel wordt de 5% regel toegepast op het loondeel. Het resulteert in een totale jaarlijkse social return-waarde tussen de 100 en 500 miljoen.

Tekst: Klaas Salverda