Knokken voor inclusie begint in de klas

Hoe kunnen leerlingen uit het praktijkonderwijs de sprong maken naar de arbeidsmarkt? Op zoek naar een antwoord op deze vraag stuitte leraar Sjoerd Nicodem op de kansen die virtuele simulatie kunnen bieden. En hij stuitte op de grenzen van de financieringsmogelijkheden voor zijn type onderwijs. En oh ja, hij zoekt ook nog handenwringend naar stages.

Leraar Sjoerd Nicodem, linksboven, en foto’s van het simulatielokaal

Sjoerd Nicodem is leraar en mentor op het Schreuder College, een Rotterdamse school voor voortgezet speciaal onderwijs (vso). Hij geeft er Engels, Nederlands, culturele vorming en loopbaanontwikkeling, eigenlijk alles behalve de praktijklessen en gymnastiek, aan kinderen, die meer ondersteuning nodig hebben dan het reguliere onderwijs kan bieden.

In het kader van het vak loopbaanoriëntatie stuitte Nicodem op het fenomeen ‘simulatie’. Met zijn leerlingen legde hij vaak bezoeken af aan bedrijven, bijvoorbeeld in de Rotterdamse haven. “Bezoekjes afleggen is een vast onderdeel van de loopbaanoriëntatie. Tijdens een van die bezoeken mochten de kinderen opdrachten doen op een soort simulator: een X-box-beeldscherm met een stuur en dan de vorkheftruck besturen. Dat vonden die kinderen vaak helemaal fantastisch.”

‘Simulaties zijn een hulmiddel’

En het bracht Nicodem op het idee om zulke simulatoren ook naar zijn eigen school te halen. “We hebben een truck laten voorrijden met verschillende simulatoren en gekeken waar de leerlingen het meest enthousiast van werden. Vervolgens zijn we op zoek gegaan naar geld en ondersteuning. Dat was een moeizame weg, maar is uiteindelijk gelukt.”

Toen de zoektocht naar financiële ondersteuning was afgerond en een samenwerking met regionale bedrijven was opgebouwd, lukte het in een aantal jaar om een simulatielokaal uit te bouwen. Inmiddels staan er simulatoren om te lassen, auto’s te besturen en vorkheftruck te rijden. In samenwerking met een lokale rijschool kunnen de kinderen tegen gereduceerd tarief in de autosimulator alvast rijles krijgen van een gecertificeerde rijinstructeur.

“Volgens het CBS stromen elk jaar 3.000 jongeren uit het praktijkonderwijs direct naar een, al dan niet gedeeltelijke uitkering,” zegt Nicodem. En hij wil er voor zorgen dat het anders gaat. “Simulaties zijn een hulpmiddel. Het helpt kinderen die vaak onzeker zijn, die nooit horen dat ze iets goed kunnen. Het is op school, dus in een vertrouwde omgeving, maar de simulatie maakt het toch echter om te lassen of autorijden. Het is een hele belangrijke tussenstap. Vooral voor leerlingen met ADHD, of een verminderde motoriek.”

‘Laat ze het kunstje afkijken, biedt ze een kans’

De samenwerking met de rijschool noemt Nicodem een voorbeeld om de simulatie te gebruiken en concrete hulp te bieden. “Veel van mijn leerlingen willen bezorger worden. En als je lasser bent, moet je ook naar je werk kunnen komen. Het hebben van een rijbewijs is dus belangrijk. Maar het is ook duur. De simulatie en het gereduceerde tarief helpen dus bij de doorstroming naar de arbeidsmarkt.”

Wat daar volgens Nicodem ook bij zou helpen, zijn stageplaatsen. “Laat onze leerlingen als bijrijder meegaan met bezorgdiensten of op de vorkheftruck. Laat ze het kunstje afkijken. Daar hebben ze behoefte aan een stage is echt de beste manier om te leren hoe het werk in elkaar zit en bedrijven te leren kennen. Ze bieden werkgevers de kans om mogelijke nieuwe medewerkers te vinden. Dus mijn vraag is simpel: wie wil ze een kans bieden?”

Door |2024-09-27T11:08:09+02:0030 september, 2021|Nieuws|0 Reacties

Over de auteur: