Tijdens een commissievergadering van de Tweede Kamer over de Participatiewet bleek dat minister Schouten (Participatie) lijkt te kunnen rekenen op de nodige steun voor de voorgenomen aanpassing van de Participatiewet. Ook de Banenafspraak stond op de agenda.

‘Het is ongelooflijk belangrijk dat mensen zien dat je prima kunt werken met mensen uit de doelgroep’, zei minister Carola Schouten over de ‘koudwatervrees’ onder werkgevers.

Minister Schouten tijdens de commissievergadering

Banenafspraak
Dit zei de minister in reactie op de frustratie in de Kamer dat werkgevers nog terughoudend zijn in het aannemen van mensen met een beperking. En dat er ook werkgevers zijn die ondanks een tekort aan personeel zeggen liever bedrijfsverlies te lijden dan iemand met een beperking aan te nemen.

Dat de (rijks)overheid bestendig achterloopt bij de prestaties van het bedrijfsleven, leidde opnieuw tot de vraag hoe de minister ervoor gaat zorgen dat het beter gaat. VVD-kamerlid Daan de Kort deed de suggestie extra mensen in het kader van de Banenafspraak aan het werk te helpen om na te gaan hoe het is gesteld met de digitale toegankelijkheid van (de websites van) de overheid. Minister Schouten zegde toe dat met haar collega van BZK, die over de rijksdienst gaat, te zullen bespreken.

Zo mogelijk nog voor de zomer komt er een kort plenair vervolg. Dat debat werd als eerste aangevraagd door de PVV die op korte termijn graag iets wil doen aan de knelpunten die werkgevers nog ervaren. Zo hechten meerdere partijen sterk aan minimale kwaliteitseisen voor jobcoaches die mensen naar werk begeleiden. Op korte termijn wordt een rapport over verbetermogelijkheden voor jobcoaching openbaar.

Herziening Participatiewet
Minister Schouten kan rekenen op de nodige steun voor de voorgenomen aanpassing van de Participatiewet. Daarover zijn vlak voor de commissievergadering nog verschillende stukken (onder meer met voorgenomen wijzigingen, over de beperkte verbreding van de doelgroep Banenafspraak, een toekomstvisie op de Participatiewet en een SCP-rapport) naar de Kamer gegaan. ‘De minister zet stappen naar een eerlijker en mooiere wet’, vatte het net aangetreden D66-kamerlid Sjoerd Warmerdam samen. De Kamer lijkt het er vrij breed over eens dat de Participatiewet niet heeft gebracht waar die oorspronkelijk voor bedoeld was.

Tegelijk vroeg woordvoerster Lisa Westerveld van GroenLinks zich af wat de minister voor Participatie nou eigenlijk wil veranderen bij de komende herziening. Zij riep haar op fundamenteler naar mogelijkheden te kijken en niet alleen aan ‘kleine dingen’ te sleutelen. Wat haar betreft mag er veel breder worden geëxperimenteerd met wat gemeenten als Utrecht en Tilburg in hun lokale sociaal beleid vragen voor een bijstandsuitkering.

Focus op betaald werk
VVD-kamerlid Daan de Kort stoort zich er op zijn beurt aan dat gemeenten met vooral linkse colleges ‘op de herziening vooruitlopen’. En dat er, ook gelet op de krappe arbeidsmarkt, niet meer geëxperimenteerd wordt in de richting van betaald werk. Maar GroenLinks heeft juist grote moeite met de focus op werk omdat dat voor lang niet iedereen is weggelegd. Bijvoorbeeld als je chronisch vermoeid bent, mantelzorg verricht of omdat vrijwilligerswerk beter blijkt uit te pakken.

Binnen de huidige wet is al ruimte voor goede lokale praktijken maar dat wordt in het nieuwe wetsvoorstel explicieter gemaakt. Minister Schouten kan naar eigen zeggen de scheidslijn tussen werk en andere doeleinden ‘niet hard knippen’. Voor haar staat participatie voorop.

Het CDA gaf de minister alvast mee om in het termijnspoor van de minister ook het recht op begeleiding mee te nemen. Daar wordt volgens woordvoerster Hilde Palland te weinig op ingezet of er is te weinig geld voor. Dat leidt zij mede af uit het feit dat 75 % van de mensen die in de bijstand zitten, zich niet in staat acht op korte termijn te werken. Bovendien zit 70 % van alle bijstandsgerechtigden langer dan 2 jaar in de bijstand.

De dag van morgen
De SP ziet in de brief van de minister over de toekomst van de Participatiewet vooral een hoop vage voorstellen. De PvdA wil graag over het termijnspoor in gesprek. ‘Maar ondertussen zie je dat de noden vandaag zo hoog zijn dat we vooral willen weten hoe de dag van morgen er uitziet’, zei Barbara Kathmann. Woorden als ‘doenvermogen’ zeggen volgens haar niets als er ondoenlijke wetten liggen waar – het woord zegt het al – mensen niet aan kunnen voldoen.

Zoals bekend wil minister Schouten op korte termijn een aantal hardheden uit de wet halen. Het traject met de voorstellen voor de meer fundamentele herziening zullen in tijd gerekend denkelijk niet door dit kabinet worden afgewikkeld. Dit najaar komt eerst een programmaplan naar de Kamer. In de loop van 2024 volgt de uitwerking.

Tekst: Klaas Salverda