Gemeenten over banenafspraak:
‘Quotum behaald – wat nu?’
Als werkgever ben je er niet met het halen van het quotum, met een vinkje bij de streefgetallen uit de banenafspraak. Het draait ook en vooral om duurzame kwaliteit: om takenpakketten die passen en banen die houden. Wethouder Linda Voortman over de diepere intentie achter de banenafspraak.
Als Kamerlid voor GroenLinks maakte Linda Voortman knarsetandend de afbouw van SW-bedrijven mee, maar ook de ‘opbouw’ van de veel bredere Participatiewet. Een wet waar ze, kijkend naar de recente evaluatie door het Sociaal Cultureel Planbureau, niet voor niets grote zorgen over had omdat er niet meer mensen aan het werk zijn gekomen.
Nu ligt de uitvoering van de banenafspraak bij haar als wethouder P&O en Werk & Inkomen en voorzitter van de arbeidsmarktregio in Utrecht op het bord. En ook bij de VNG waar ze lid is van het College van Arbeidszaken dat namens de gemeenten als werkgevers over de arbeidsvoorwaarden van gemeenteambtenaren gaat.
Spiegel van de stad
Om bij haar eigen gemeente te beginnen: Utrecht voldoet nu al ruimschoots aan de wettelijke verplichting in het kader van de banenafspraak. Zij moet op 1 januari 2024 in totaal 162 banen gerealiseerd hebben voor mensen met een arbeidsbeperking. Afgelopen voorjaar had de gemeente al voor 248 medewerkers (312 fte, want voor de banenafspraak staat 25,5 uur dienstverband voor 1 fte) uit het doelgroepregister een baan gerealiseerd.
Wel noemt Voortman het nog een ‘tekort’ dat de banen te veel blijven steken in de sfeer van schoonmaak, catering en groenvoorziening. Op zich waardevol en goed werk, zegt ze met nadruk, maar tegelijk is het wenkend perspectief van de banenafspraak een inclusieve arbeidsmarkt waar dús meer afdelingen en niveaus bij betrokken zouden moeten zijn. Bij de voorjaarsnota is hiervoor extra budget vrijgemaakt, met als doel om nog voor het eind van dit jaar negen medewerkers met een arbeidsbeperking aan te nemen in de hogere loonschalen. Inmiddels zijn de eerste collega’s uit deze specifieke doelgroep aan het werk.
Diversiteit en inclusie
Voortman: ‘Een inclusieve organisatie die een afspiegeling van de stad wil zijn is meer dan een getal uit de banenafpraak. Vandaar dat wij de lat hoger leggen.’ In een recente raadsbrief over Diversiteit en Inclusie liggen de speerpunten dan ook bij de verdere instroom van collega’s met een diverse achtergrond (ook voor vacatures in de top), het aannemen van stagiairs en vaste collega’s met een arbeidsbeperking en het blijven inzetten op een inclusief gemeentelijk werkklimaat.
Landelijk genomen hebben gemeenten als medeoverheid de streefgetallen van de banenafspraak tot nu toe ook dik gehaald. Inclusief gemeentelijke regelingen was de doelstelling voor 2019 om 3.250 ‘afspraakbanen’ te realiseren. Eind vorig jaar waren er al ruim 4.000 ingevuld. Linda Voortman is daar heel blij mee. Het meer dan gunstige resultaat geeft volgens haar aan dat er in het pre-coronatijdperk grote inspanning is gepleegd. ‘Dat moeten we nu zien vast te houden.’
Heel concreet
Volgens haar doen gemeenten het ook goed omdat zij lokaal heel concreet met allerlei maatschappelijke vraagstukken bezig zijn. ‘Dan kun en wil je niet heen om de vraag hoe het eigenlijk bij jezelf als werkgever gaat. Je wilt het goede voorbeeld geven. Zeker als je als overheid ook het nodige van het bedrijfsleven vraagt. Het resultaat verschilt trouwens per gemeente. In dat opzicht verschillen we niets van bedrijven die meer of minder gemotiveerd zijn.’
Voortman vindt de dubbelrol die gemeenten vervullen, namelijk mensen willen helpen om een plek op de arbeidsmarkt te verkrijgen en ook zelf werkgever te zijn, alleen maar toe te juichen. ‘Het maakt ons ook in onze eigen vergaderingen juist extra attent nu we er op verschillende fronten mee in aanraking komen.’ Daarbij staat zij niet alleen voor groei maar wil ze als ook voorkomen dat mensen een negatieve ervaring rijker worden omdat ze uiteindelijk weer in een uitkering terugvallen.
Coronacrisis
Voortman deelt de zorg van boegbeeld Aart van der Gaag die een grote impact verwacht van oplopende werkloosheidscijfers vanwege de coronacrisis. Tegelijk is zij met voormalig staatssecretaris Jetta Klijnsma eens ‘dat de mensen voor wie de banenafspraak bedoeld is al zo vaak achteraan stonden, dat ze nu wel een keer vooraan mogen staan.’
Maar het kost wel allemaal geld en gemeenten hebben niet genoeg middelen gekregen om iedereen met een afstand tot de arbeidsmarkt voldoende ondersteuning te kunnen bieden, vertelt ze over de keerzijde van de medaille. Daarom kijkt Utrecht hoe de dienstverlening gedifferentieerd kan worden.
Ruimte en regeerakkoord
Draait het bij de banenafspraak de komende tijd om uitvoering of speelt beleid ook nog een rol? Landelijk zeker met de verkiezingen van maart, verwacht Voortman. Voor die tijd hoopt ze op meer re-integratiemiddelen van het Rijk. Plus daarnaast meer wettelijke ruimte, zodat bijvoorbeeld meer mensen langer mogen bijverdienen in een parttime baan om helemaal los te komen van een uitkering. Als dat op heel korte termijn niet lukt is het wat Voortman betreft zeker een onderwerp voor het volgende regeerakkoord.
Overigens zegt ze er meteen bij dat wethouders en de VNG niet alleen wachten op wat de Kamer en het kabinet doen. Ze zijn zelf ook aan het kijken hoe zij in de huidige dienstverlening al dingen kunnen aanpassen. Het is én-én. Oftewel een gedeelde verantwoordelijkheid, onderkent Voortman.
Onverkort doorgaan
Wat wil ze verder alvast voor de formatietafel meegeven? ‘Zeker dat de banenafspraak onverkort wordt voortgezet’, zegt Voortman, ‘maar stel gemeenten en werkgevers ook in stáát om verder te kijken dan de getallen die met de afspraak gemoeid zijn. Het gaat er ook om dat mensen duurzaam aan het werk blijven. Daarvoor zijn aanpassingen op de werkvloer nodig. En begeleiding van leidinggevenden die nog huiverig zijn om mensen met een handicap in te zetten.
Van wantrouwen onder gemeentebestuurders, dat destijds opkwam omdat overheden pas na het bedrijfsleven bij de afspraak tussen de sociale partners werden betrokken, is allang geen sprake meer. ‘Iedereen begrijpt wel dat dit een heel belangrijk onderwerp is’, zegt Voortman die een louter positieve inzet onder gemeenten ziet – en zelf voorstaat.
Tekst: Klaas Salverda