De Banenafspraak kan bij u als werkgever vragen oproepen. Die nemen we natuurlijk graag bij u weg. Immers: hoe minder vragen, hoe minder hoog de drempel om inclusief te ondernemen.

Wekelijks plaatsen we daarom één van de meest gestelde vragen met het juiste antwoord. Deze vraag heeft te maken met de Banenafspraak:
Werkgevers in de marktsector hebben beloofd te zorgen voor 100.000 extra banen voor mensen met een arbeidsbeperking. Dit noemen we de Banenafspraak. Deze afspraak is onderdeel van het Sociaal Akkoord, en vastgelegd in de Participatiewet die sinds 1 januari 2015 geldt. De afspraken zijn gemaakt tussen werkgevers- en werknemersorganisaties en de overheid.

Meer weten? We hebben al meer dan 80 vragen beantwoord.

Zelf een vraag? Stuur hem in!

Antwoord

In het verlengde van haar Brede offensief om meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te helpen, kondigde staatssecretaris Van Ark ook aan de Wajong te willen vereenvoudigen. De staatssecretaris wil ervoor zorgen dat jonggehandicapten met een Wajong-uitkering, als ze gaan werken, er in inkomsten op vooruitgaan. Ook moeten zij naast hun uitkering onderwijs kunnen volgen, zonder dat ze erop achteruitgaan. Op dit moment vallen 245.000 mensen met een arbeidsbeperking onder een van de Wajong-regelingen. Van hen hebben 114.000 arbeidsvermogen. Van die 114.000 mensen met arbeidsvermogen zijn er ruim 60.000 aan het werk.

De Wajonguitkering is er voor bij wie hun arbeidsbeperking wordt veroorzaakt door een ziekte of beperking die vóór hun 18e verjaardag is geconstateerd. Sinds 2015 komen alleen nog mensen in aanmerking voor een Wajonguitkering als ze duurzaam en volledig geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben. Wajongers vallen onder de doelgroep Banenafspraak.

Het wetsvoorstel van Van Ark regelt onder andere dat Wajongers hun rechten behouden als ze onderwijs volgen. Ook wordt het recht op herleven van de Wajong verlengd. Als een Wajonger geen ondersteuning meer nodig heeft bij zijn werk, wordt na vijf jaar het Wajongrecht herzien of beëindigd. Wanneer een Wajonger gebruik maakt van structurele arbeidsondersteuning (als loondispensatie, jobcoach, intermediaire voorzieningen als een gebarentolk en vervoersvoorzieningen) blijft het Wajongrecht bestaan. Bij toegenomen arbeidsongeschikt kan een Wajonger na beëindiging van het Wajongrecht op de Wajong, de termijn waarop dit mogelijk is worden uitgebreid van vijf jaar naar de AOW-leeftijd.

Ook worden de verschillende regimes in de Wajong goeddeels geharmoniseerd. Tot nu toe golden verschillende regels voor inkomensondersteuning voor jonggehandicapten die voor 2010 de Wajong instroomden, jonggehandicapten die dat tussen 2010 en 2015 deden en mensen die vanaf 2015 de Wajong zijn ingestroomd. De geharmoniseerde regeling is vergelijkbaar met de systematiek bij de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), waarbij 70 procent van het inkomen verrekend wordt met de uitkering. Werkende Wajongers mogen van iedere verdiende euro ten minste 30 cent houden.

Nu de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel is afgerond, kan het grootste deel van het wetsvoorstel ingevoerd worden per 1 januari 2021.