Volgens onderzoek door de Nederlandse Arbeidsinspectie zijn er sterke aanwijzingen dat er bij een fors deel van de mensen in de doelgroep banenafspraak geen sprake is van arbeidsvermogen of dat voor hen een reële kans op werk ontbreekt.
Een aanzienlijk deel van de klanten heeft een zeer lange periode niet gewerkt. Een deel van de klanten geeft zelf aan nu en in de toekomst niet te kunnen werken. En medewerkers van UWV en gemeenten geven aan dat een deel van de doelgroep niet kan werken.
Nul uren
In totaal heeft 35 procent van de mensen in de doelgroep banenafspraak tussen 1 januari 2019 en 1 januari 2022 helemaal niet gewerkt. Ook in de jaren 2015 tot en met 2018 hebben verreweg de meeste mensen van deze groep niet gewerkt. Het gaat dus om lange periodes van niet werken.
Werk en inkomen
De Arbeidsinspectie is bij de thematiek betrokken omdat zij toezicht houdt op de doeltreffendheid van de uitvoering van het stelsel van werk en inkomen. Dit toezicht is gericht op zaken die goed en minder goed gaan en op risico’s in de uitvoering die de doeltreffendheid in de weg staan.
Het onderzoek ‘Op papier arbeidsvermogen, in de praktijk geen reële kans op werk’ gaat concreet over de doeltreffendheid van de ondersteuning door UWV en gemeenten aan mensen uit de doelgroep banenafspraak.
Medewerker UWV: “Ik heb klanten die ik niet aan een werkgever durf voor te stellen.”
Zo beoogt het onderzoek inzicht te geven in de omvang van de problematiek van het niet-werken, de kenmerken van de mensen die niet aan het werk komen, de verklarende factoren voor het niet-werken en mogelijke handelingsperspectieven om mensen wel aan het werk te helpen.
Voor mensen uit de doelgroep banenafspraak die nog wel een reële kans op regulier werk hebben, is de dienstverlening van UWV en gemeenten gericht om hen aan het werk te helpen. Een groot deel van de doelgroep banenafspraak krijgt geen actieve begeleiding, eenvoudigweg omdat daar geen tijd voor is.
Medewerker gemeente: “Er is ook een groep die echt niets kan.”
Naast een gebrek aan tijd ziet de Arbeidsinspectie ook andere belemmeringen. Werkgevers zijn vaak op zoek naar iemand die direct inzetbaar is, maar juist de mensen uit de doelgroep banenafspraak hebben voor hen een te grote afstand tot de arbeidsmarkt. Werkgevers moeten bij deze mensen te veel aanpassingen doen in hun organisatie of te veel begeleiding inzetten om hen productief te kunnen laten zijn.
Multiproblematiek
Vrijwel altijd betreft het multiproblematiek: een combinatie van een fysieke, psychische of verstandelijke beperking met andere problematiek, zoals schulden, zorgtaken, sociale problematiek, woonproblematiek of criminaliteit. Geregeld zijn het beperkingen en problematieken die een structureel karakter lijken te hebben.
Zo vertelt een medewerker van UWV in het rapport: “Ik heb klanten die ik niet aan een werkgever durf voor te stellen.” Een medewerker bij een gemeente zegt: “Er is ook een groep die echt niets kan. Die laten we in de caseload zitten. Daarmee krijgt de Participatiewet ‘onbedoeld’ het karakter van een uitkeringswet in plaats van een wet gericht op ‘terugkeer naar werk.”
Andere vormen
Met de twijfels over het deel van de mensen in de banenafspraak dat echt grote beperkingen en problemen heeft, rijst zelfs de vraag of zij wel passen binnen de banenafspraak. ‘Mogelijk zijn zij beter op hun plek in andere vormen van participatie’, wordt meermaals in het rapport gesuggereerd.
Maar de dienstverlening richt zich niet op alternatieve vormen van participatie. Hoewel medewerkers geregeld in de dossiers de conclusie trekken dat dagbesteding of vrijwilligerswerk het hoogst haalbare is, blijven de inspanningen veelal toch gericht op regulier werk. Waarom de inspanningen niet gericht worden op dagbesteding of vrijwilligerswerk, blijkt niet uit de dossiers.
Gemeente dichtbij
De Arbeidsinspectie signaleert dat begeleiding naar dagbesteding of vrijwilligerswerk voor gemeenten ‘dichter bij de deur’ is dan voor UWV. Gemeenten hebben immers, naast hun verantwoordelijkheid voor uitvoering van re-integratiedienstverlening, een bredere verantwoordelijkheid om hun inwoners te ondersteunen, onder meer bij hun maatschappelijke participatie.
Bestuurlijke reacties
VNG, Divosa en UWV onderschrijven de conclusie van de Arbeidsinspectie dat een substantieel deel van de doelgroep geen reële kans heeft op regulier werk. Ze onderschrijven ook de belemmeringen om mensen die geen kans op werk hebben, te ondersteunen naar andere participatievormen. En de belemmeringen bij de re-integratie van mensen die nog wel kans op werk hebben.
De drie partijen die om een bestuurlijke reacties is gevraagd, schetsen daarin ook ontwikkelingen en maatregelen die kunnen helpen om de ondersteuning aan mensen uit de doelgroep te verbeteren. De Arbeidsinspectie geeft aan dat het niet aan haar als toezichthouder is om daar uitspraken over te doen. Maar zij staat uiteraard positief tegenover maatregelen die bij kunnen dragen aan verbetering van de ondersteuning van mensen uit de doelgroep banenafspraak.
Tekst: Klaas Salverda